Bezoekers van het Wereldpodium zijn geen digibeten. Bijna de helft twittert, een even groot deel zit op Facebook. De uitkomst van deze snelle publiekspeiling door presentator Ralf Bodelier is misschien niet verwonderlijk: het thema van de avond is ‘de twitterrevolutie: hoe internet de wereld verandert’. Vanuit de zaal kan zelfs volop worden getwitterd, en de tweets rollen live over de muur achter het podium.
Wat zeggen de recente ontwikkelingen in Noord-Afrika ons over de kracht van social media? Loopt lopen wij wel altijd voorop met nieuwe ict-ontwikkelingen, of is Afrika ons ditmaal voor? En wat kunnen wij daarvan leren? Drie gasten mogen hun tanden daarop stukbijten. Zij worden afgewisseld door twee kunstenaars die op eigen wijze de wereld van nieuwe media verbeelden. Klankkunstenaar Tom America toont beeld- en geluidverhalen over gebeurtenissen in China en Limburg, die vóór de tijd van social media die wereld in gingen. Kunstenaar Helena Klakocar geeft een voorproefje van haar nieuwe project First World Peace. In honderden tekeningen schetst Klakocar een toekomst waarin oorlogen alleen nog maar worden uitgevochten in de virtuele wereld.
Transformatie
Social media transformeren onze maatschappij in razend tempo. Dat betoogt Wiel Schmetz, oud-directeur van de Academie van Journalistiek en docent Nieuwe Media. Het sleutelwoord in deze transformatie is ‘delen’, zegt Schmetz. “Je kunt al je kennis en ervaringen op elk moment beschikbaar stellen aan iedereen. Dat kon vroeger niet.” Dat verandert de rol van de burger in die van burgerjournalist. “Burgers leggen vaak eerder vast wat er gebeurt dan journalisten.” ‘Gewone’ journalisten blijven volgens Schmetz nodig, om uit de enorme hoeveelheid berichten de informatie te zeven die relevant is. “Maar zij hebben steeds minder vaak de primeur.”
Burgerjournalistiek in Iran
Burgerjournalistiek: Kiaa Parsa Alipour uit Iran maakt er dankbaar gebruik van. Alipour vluchtte tien jaar geleden uit Iran. Nu werkt hij als journalist en online marketing manager voor radio Zamaneh, dat vanuit Amsterdam wereldwijd uitzendt via internet. Zamaneh werkt met 150 ‘burgerjournalisten’: bloggers, deels uit Iran, die via social media hun nieuws met Zamaneh delen. “Het is gevaarlijk werk”, zegt Alipour. “Velen doen het anoniem”.
We blikken terug op de gebeurtenissen die ´de twitterrevolutie´ een naam gaven: de spontane opstanden na de Iraanse presidentsverkiezingen van 2009. Werden deze revolutie veroorzaakt door social media? “Nee”, zegt Alipour: “Het verzet was er al. Je kunt dat zien als losse druppels. Wanneer die allemaal bij elkaar komen, dan kunnen ze een keiharde rots uithollen. Maar je moet die druppels eerst mobiliseren. En dat gebeurt in een virtuele sfeer.”
De mobiliserende kracht van social media is enorm, zo blijkt uit recente opstanden in de Arabische wereld. Maar ook de tegenkracht is sterk. Alipour vertelt hoe de Iraanse overheid zijn radiostation belaagt. Een jaar geleden werd Zamaneh gehackt door de cyberarmy van de Iraanse Revolutionaire Garde. “De overheid wil angst zaaien”, zegt Alipour. Ze hackt daarom websites van kritische organisaties, vervalst Facebook-pagina’s van sleutelfiguren in de opstanden en maakt eigen weblogs die volstaan met propaganda. Zo zetten social media de spanning tussen burgers en autoritaire overheden op scherp, waarbij elke partij dezelfde social media inzet om de ander te dwarsbomen of te omzeilen.
Een wolk van vertrouwen
Bezoekers en buitenstaanders twitteren intussen naar hartenlust mee. “Wat maakt deze recente ‘twitterrevoluties’ anders dan hun voorgangers, wil een twitteraar weten. “Sociale media versterken het wij-gevoel,” zegt de derde gast, Caroline Figuères van IICD. “In eerdere revoluties moest je eerst een vertrouwensband opbouwen. Dat is niet makkelijk in samenleving waar je niemand kon vertrouwen. Nu ben je vriend van elkaar, ook als je iemand niet kent.”
Sociale netwerken scheppen een wolk van vertrouwen. Maar dan moet je eerst toegang hebben tot die digitale omgeving. Hoe zit dat in Afrika? Die toegang groeit in rap tempo, zegt Figuères. Haar organisatie IICD is opgericht om de digitale kloof tussen het Westen en de derde wereld te dichten. IICD steunt mensen om met mobiele technologie hun levensomstandigheden te verbeteren. Vrouwengroepen in Burkina Faso leren hoe ze via internet prijzen kunnen checken en producten kunnen verkopen. In Mali vinden vrouwen elkaar via internet om te strijden tegen huiselijk geweld. Onder de oppervlakte steunt IICD zo emancipatie- en democratiseringsprocessen.
Afrika koploper
Het beeld dat het Westen altijd voorop loopt met ict-ontwikkelingen, mag van Figuères op de schop. We zien een filmpje van Ushahidi, software waarmee je brandhaarden of rampen kunt lokaliseren. Het is gemaakt in Kenia, maar werd ook ingezet na sneeuwstormen in Amerika en de overstroming in Japan. “Mensen in Afrika zijn heel creatief”, zegt Figuères. “Ze hebben geen geavanceerde technologie, zoals wij. Daarom zoeken simpele en robuuste oplossingen, bijvoorbeeld om te bankieren via de mobiele telefoon.”
Wiel Schmetz denkt dat Afrika wel eens een voordeel zou kunnen hebben ten opzichte van het Westen: “Het ‘delen’, het sleutelwoord in deze transformatie, zit meer in de Afrikaanse cultuur. Nu Afrika de technologische achterstand inloopt, kan dat hen een enorme voorsprong geven.”
We keren terug naar Nederland, naar ons eigen leven tussen blogs en tweets. Een bezoeker verzucht dat ze niet meer weet wat ze moet met al die tweets vol tegenstrijdige informatie. “Het feit dat je zoveel informatie krijgt, moet jou niet in verwarring brengen”, zegt Caroline Figuères. Het moet jou aan het denken zetten: wat vind ik zélf? In die diversiteit van informatie moet je leren je eigen mening te vormen.” Dat is een mooi besluit van de discussie, en een prachtige boodschap om met iedereen te delen.
Tekst: Mirjam Vossen
Foto’s: Marloes Coppes
Reacties bezoekers
Bezoeker Dave van Opdorp:”Graag vaker zo’n twitterwall”
Naam: Dave van Opdorp
Woonplaats: Tilburg
Beroep: Journalist en presentator bij brabant10.
Met: Vriendin, ouders en collega.
Reden: Ik kom regelmatig naar het Wereldpodium en dit onderwerp, social media, boeit me.
Twittert u zelf? Ja, voor mijn werk en ook privé zo’n drie tweets per dag.
Opgemerkt: Twitteren is delen. Eigenlijk sluit het idee meer aan bij Afrika en Azië dan bij het individualistische westen.
Pluspunt: Tom America vond ik verassend leuk.
Minpunt: De presentator had meer kunnen inhaken op de tweets van vanavond. Zo’n twitterwall mag van mij bij alle podia.
Neemt mee naar huis: Stof tot nadenken. Wiel Schmetz praatte bijvoorbeeld over angst, dat angst ook mogelijkheden schept. Sorry, ik formuleer het nu erg vaag, maar dat komt omdat ik er zelf nog over moet peinzen.
Komt u terug? Ik ben een trouwe klant en dit was weer een erg leuke avond.
Bezoeker Alice van Alphen:”Ik ga niet morgen twitteren, maar wel nadenken”
Naam: Alice van Alphen
Woonplaats: Tilburg
Beroep: Ik ben met prepensioen, maar was docent.
Met: Echtgenoot
Reden: Klinkt misschien vreemd, maar ik heb helemaal niets met Twitter, vandaar.
Twittert u zelf? Nee dus, maar mijn man wel.
Opgemerkt: Twitteren is niets nieuws onder de zon.
Pluspunt: Het verhaal over social media in Iran. Het Wereldpodium slaagt er telkens goed in een onderwerp in een globale context te plaatsen die mij aanspreekt.
Minpunt: Ik kan niet tegelijkertijd een gesprek volgen en tweets lezen.
Neemt mee naar huis: Ik ga nog steeds niet twitteren. Maar het was een eyeopener te horen hoe social media conflicten kan beïnvloeden. Daar ga ik over nadenken en er over praten met anderen.
Komt u terug? Ja, ik kom niet echt regelmatig, maar bij vlagen.
Tekst: Marga van Zundert
Foto’s: Marloes Coppes