Het is een zonnige vrijdagmiddag in mei. Zo’n tweehonderd eerstejaars studenten van de opleiding welzijn van het ROC Tilburg wonen een bijzondere editie van Wereldjournalisten bij in theater de Nieuwe Vorst. Het thema is mensenrechten. Een belangrijk onderwerp volgens projectleider Stevie Ray de Vries Andries. Hij presenteert deze middag, die hij samen met een aantal andere tweede- en derdejaars studenten heeft opgezet. “We hebben deze middag georganiseerd, omdat jullie als welzijnswerker zeker te maken gaan krijgen met mensen waarvan de mensenrechten geschonden zijn” opent Stevie Ray deze middageditie. “Vandaag horen jullie verhalen van mensen die ons vertellen hoe het is om te leven in een land waar mensenrechten stelselmatig worden geschonden.”
Corinne Trommelen geeft een korte introductie over mensenrechten. Ze is gastdocent bij Amnesty International. Ze vertelt dat in het belangrijkste document over mensenrechten – de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948 – dertig mensenrechten zijn vastgelegd. In veel landen, zoals Afghanistan en Iran, worden deze mensenrechten op grote schaal geschonden. Bijvoorbeeld omdat er geen vrijheid van meningsuiting is, er wordt gemarteld en de doodstraf vaak wordt toegepast.
Vrijheid van bewegen is een ander mensenrecht dat lang niet overal vanzelfsprekend is. Zoals in Israel en de Palestijnse Gebieden. Medepresentator Maarten Raaimakers geeft het woord aan gastspreker Baha Hilo, die samen met Kristel Letschert in Nederland is om actie te voeren voor hun olijfbomencampagne. Baha is Palestijn. Hij ervaart iedere dag wat het is om niet vrij te kunnen bewegen. Baha woont in het Palestijnse Bethlehem, ongeveer tien kilometer van het in Israel gelegen Jeruzalem. Het is voor hem vrijwel onmogelijk om naar Jeruzalem te gaan. De Israëliërs hebben een 700 kilometer lange muur om de Palestijnse Westelijke Jordaanoever gebouwd. Voor Baha is het gemakkelijker om naar Nederland te reizen dan naar Jeruzalem. Hij moet dan wel vanuit Jordanië vliegen. Het Palestijnse vliegveld is in 2002 gebombardeerd en Palestijnen mogen niet vliegen vanuit het Israëlische Tel Aviv.
Vanaf 1948 zijn Palestijnen massaal uit Israel gevlucht en verjaagd. Tot die tijd woonden joden, moslims en christenen hier goed samen. Zionisten zagen Israel als een Joodse staat. Joden en Palestijnen raakte in conflict met elkaar. De meeste gevluchte Palestijnen wonen nog steeds in vluchtelingenkampen in de omringende landen en zijn dus nooit teruggekeerd naar Israel. Een deel van hen woont in de Palestijnse Gebieden. De Israëliërs proberen nog steeds om land van de Palestijnse Gebieden in te palmen. Ze vernielen huizen en olijfbomen, een belangrijke inkomstenbron en symbool voor Palestijnen. Zeshonderdduizend olijfbomen zijn vernield vanwege het bouwen van de muur of de uitbreiding van Joodse nederzettingen. Vandaar dat Baha en Kristel met hun olijfbomencampagne zijn gestart. Elke vernielde olijfboom planten ze terug. Soms worden de bomen opnieuw vernield, maar die planten ze opnieuw weer terug. Eén olijfbomenveld hebben ze tot drie keer toe herplant. Zich niet verder laten verjagen van hun grondgebied is zo ongeveer de enige manier van verzet die Palestijnen kunnen plegen. Een Palestijns leger is er niet. Interviewer Harrie Mrijen wil weten wat het Westen kan doen om een eind te maken aan de gespannen situatie in Israel en de Palestijnse Gebieden. Volgens Baha krijgt Israel veel steun van het Westen, vooral vanuit de VS. Europa zou moeten stoppen met het ondersteunen van Israel.
Na een kort intermezzo van Erol Altin op zijn saz is het woord aan Fereshteh Moradi. Ze is negentien jaar geleden gevlucht uit Iran. Voor die tijd was Iran een ‘modern’ land. Maar sinds de moslims de macht hebben overgenomen van de sjahs is het slecht gesteld met de mensenrechten. Na de revolutie is het leven in Iran compleet veranderd. Jongens en meisjes leven gescheiden. Vrouwen worden onderdrukt. Homoseksuelen krijgen de doodstraf. Overspelige vrouwen wacht steniging. Als je steelt, wordt je hand afgehakt. Allemaal zaken afkomstig uit de Shariawetgeving van 1400 jaar geleden.
Interviewer Mart Hazebroek vraagt hoe Fereshteh in Nederland terecht is gekomen. Fereshteh wilde rechten studeren, maar dat mocht niet omdat ze vrouw is. Ze is toen verpleegster geworden en ging zich inzetten voor vrouwenrechten. Ze deelde pamfletten uit over gelijke rechten en nam deel aan vieringen. Op een avond kwam ze thuis van haar werk – ze was toen 17 jaar oud – en kreeg een waarschuwing dat ze moest vluchten. Zonder afscheid te kunnen nemen van haar familie is ze gevlucht naar een vluchtelingenkamp in Irak. Daar woonde ze zeven jaar, maakte er twee oorlogen mee en moest toen opnieuw vluchten naar Turkije. Inmiddels was ze net bevallen van haar eerste kind dat begon te huilen toen ze de grens over staken. Ze heeft geluk gehad dat ze niet is gesnapt. Veel vluchtelingen overleven hun vlucht niet. Ook veel van haar politiek actieve vriendinnen zijn indertijd geëxecuteerd.
Vanuit Turkije kwam Fereshteh uiteindelijk in Nederland terecht. Ze volgde een opleiding tot maatschappelijk werker. In 2002 kwam ze in haar werk voor Stichting Vluchteling voor het eerst in aanraking met eerwraak. Ze dacht dat zoiets in Nederland niet zou bestaan, maar kwam erachter dat immigranten hun eercultuur meenemen naar Nederland. Sindsdien geeft ze trainingen aan vrouwen en meisjes die onderdrukt worden vanuit de eercultuur waarin ze gezien worden als bezit. Ze leert deze vrouwen op te komen voor zichzelf en wat hun rechten zijn. De trainingen zijn zeer succesvol, helaas is er steeds minder subsidie voor. Naast haar werk als voorlichter en trainer eerwraak zet Fereshteh zich nog steeds in voor vrouwenrechten in Iran. Iedere acht uur wordt daar een vrouw geëxecuteerd. Morgen gaat ze naar een demonstratie in Amsterdam. Om te protesteren tegen de Fatwa die is uitgesproken tegen een Duitse rapper omdat hij rapte over vrouwenrechten in Iran. Terug naar Iran kan ze niet. Pas als het Islamitisch regime weg is, kan ze weer terug. Ooit zal die tijd komen, want negentig procent van de Iraniërs wil volgens Fereshteh geen Islamitisch regime. Tot die tijd gaan mannen die een vrouw vermoorden onder het mom van eerwraak vrijuit in Iran.
Tekst: Ilse Vossen