‘Het duurt iets langer eer je in slaap valt.’ Met die opmerking typeerde Frans van Peperstraten zijn nacht in een politiecel. Hij bleek een van de weinigen van het Wereldpodiumpubliek met ervaring op dit terrein. Voor de meeste anderen waren gevangenis, huis van bewaring, penitentiaire inrichting of EBI slechts termen ‘van horen zeggen’. In een dynamische spoedcursus onder de titel ‘Hotel Bajes’, brachten Ralf Bodelier en de gastsprekers daar verandering in. Op de theatervloer werden de contouren van cellen zichtbaar en voelbaar.
Drie thema’s
Frans van Peperstraten maakte dit Wereldpodium zijn entree als huisfilosoof en bewees meteen zijn ‘praktisch nut’. Aan het eind van de avond benoemde hij de besproken drie thema’s: het straffen als fenomeen; de gevangenis als verblijfplaats en de gevangenisstraf als fase in het leven.
Anton van Kalmthout, emeritus hoogleraar strafrecht en vreemdelingenrecht, vertegenwoordigde de wetenschappelijke kennis over straf en opsluiting. Talloze onderzoeken naar het nut van gevangenisstraf, de kans op recidive en het belang van resocialisatie, leveren geen geruststellende resultaten op.
Gevangenisstraf breekt veel af door mensen te isoleren van hun sociale contacten en hun dagelijks leven. Zeker 50% vervalt na de straf opnieuw in de fout en een derde belandt binnen twee jaar weer in de cel. En dan te bedenken dat gevangenisstraf zo’n 200 jaar geleden ingevoerd werd als humaan alternatief voor lijfstraffen, schandpaal en doodstraf. In al die jaren is het een probleem gebleven dat detentie de terugkeer naar de samenleving bemoeilijkt. Van Kalmthout constateerde dat in crisistijd bezuinigd wordt op resocialisatieprogramma’s waardoor recidive nog hoger wordt. De gevangenis beantwoordt dus wel aan de primaire behoefte om misdadigers te straffen en de samenleving tegen hen te beschermen, maar voldoet veel minder om op lange termijn misdaad te verminderen en criminelen weer op te nemen in diezelfde samenleving.
Kakkerlakken en zweetvoeten
Een volgende kwestie: hoe dient een gevangenis eruit te zien? Een oppervlak van 10 m2 met een bedbank, tafel, stoel, boekenplank, wc en douche voor een of twee personen, zoals in Nederland gebruikelijk is? Of een ruimte van 30 m2 voor 30 tot 40 mensen waar kou, stank en herrie de atmosfeer bepalen en de kakkerlakken welig tieren, zoals Joseph Oubelkas in Marokko meemaakte?
Om dit te ervaren, gingen de bezoekers van het Wereldpodium met z’n dertigen gewillig op de planken vloer van De Nieuwe Vorst liggen. De kakkerlakken en de zweetvoeten bleven achterwege, maar behoorlijk krap was het wel. Joseph Oubelkas belandde door een samenloop van misverstanden in de Marokkaanse gevangenis en werd veroordeeld tot 10 jaar cel. Alle ontberingen die je je daarbij kunt voorstellen, werden zijn deel. Na vier en half lange jaren, kon hij zijn straf uitzitten in Nederland en werd hier onmiddellijk vrijgesproken. Zijn bizarre ervaringen en de brieven van zijn moeder om hem overeind te houden, zijn gebundeld in het boek ‘400 brieven van mijn moeder’ waarmee Oubelkas nu op toernee is langs de Nederlandse gevangenissen. Vergelijkbare onthutsende verhalen vertelde Noa Lodeizen, oprichtster van Young in Prison, een Nederlandse stichting die zich het lot aantrekt van kinderen in gevangenissen in Malawi, Colombia, Suriname en Zuid-Afrika. Ook hier geldt: mensonterende omstandigheden en geen perspectief op een waardige terugkeer naar de samenleving. Noa memoreerde eveneens de stank, de kinderen in kooien en de zieken die er vaak ernstig aan toe zijn. De medewerkers en vrijwilligers van haar stichting werken met reïntegratieprogramma’s op basis van creativiteit, scholing en sociale vaardigheden om kinderen weer perspectief te geven. Ook in Nederland is inmiddels belangstelling voor de programma’s van Young in Prison.
Extra beveiliging
Paul Koehorst was directeur van de EBI in Vught, de Extra Beveiligde Inrichting voor criminelen met een hoog ontsnappingsrisico. Uit deze EBI, een gevangenis in een gevangenis, is nooit iemand ontsnapt maar ook Koehorst weet uit ervaring dat detentie meer moet zijn dan goede beveiliging. Eén ding is mensen opsluiten, de protocollen opstellen en de regels handhaven, een ander punt is om de samenleving als geheel veiliger te maken. Daarvoor blijft gevangenisstraf een twijfelachtig middel.
Dat het thema ook muzikaal te vertalen is, liet de Tilburgse troubadour Jacques Mees zien en horen. Met de prisonblues van Johnny Cash en Bob Dylan, maakte hij een muzikaal statement over het gevangenisleven. Olga van Wonka zorgde voor het bijpassende pauzehapje: water en brood plus: brood met kruiden en water met een smaakje.
Vrijheidsbeneming
Na de pauze kwamen, in een stevige discussie met de zaal, alle dilemma’s nogmaals langs: korter of langer straffen; een streng of een soepel regime; leven in de gevangenis al of niet vergelijkbaar met het leven daarbuiten. Alle sprekers benadrukten dat vrijheidsbeneming de eigenlijke straf is en dat de behandeling verder zo humaan mogelijk moet zijn. Dit is ook vastgelegd in de Europese regels. In de zaal werd geopperd dat lange straffen en een sober regime het leed van de slachtoffers meer compenseren. Aangezien er geen verband is tussen de compensatie door de straf en de succesvolle reïntegratie na de straf, blijven deze dilemma’s politiek en samenleving nog wel even bezighouden.
Tekst: Marianne Dagevos
Foto’s: Marloes Coppes